
Op weg naar Weert, maar rijdend in de buurt van Utrecht.
“Waar ligt het bij, waar we naar toe gaan. Want als we dan in de buurt zijn kunnen Taric en ik ‘we zijn der bijna’ zingen”. Maar we zijn er zeker nog niet bijna hè. Je bent er pas echt bijna als je er bijna in de buurt bent. Maar we zijn daar nog niet, hè…
We kijken naar de televisie. Floor en Taric zijn allebei op m’n schoot gekropen. Er wordt gegiecheld en gekriebeld. En Floor roept.
“Kijk Mary, kijk – opa wordt helemaal volgezeten…”
GLIJBAAN
Weerterbergen, zo heet het bungalowpark, heeft een ‘tropisch zwembad’. Bloedheet inderdaad, zeer vol en nogal angstaanjagend. Maar alle kinderen vermaken zich prima, dus geef je je als (groot)ouder maar over aan de pret. Er wordt wat afgeleden daar…
Floor trekt net zo lang aan mijn arm tot ik toestem om met haar door de tunnelglijbaan te gaan. Dat is een zeer lange buis waarbinnen je, op een golf water, naar beneden spoelt. Via een lange trap bereik je dat ding, boven in de nok van het zwembad. De glijbaan kronkelt, deels ook buiten het zwembad, naar beneden. Het eindigt allemaal met een grote plons in een klein afgeschermd deel van het bad.
Ik ben een beetje gespannen, première immers. En Floor klemt mijn vingers bijna af. Ze zit op m’n schoot, en ik moet haar goed vasthouden.
Maar de glijtocht gaat goed, duurt lang en eindigt met een mooie spetter in het water. Ik feliciteer Floor met haar dappere daad en droog m’n brilletje af, bijna blind zonder dat ding immers.
Toen ik mijn brilletje weer op had was Floor al weer halverwege de trap. Onbescheeuwbaar door het krijsende tuig om me heen. Niet in te halen met het oude lijf. Boven in de nok zie ik haar frêle figuurtje in het tunnelgat verdwijnen. Beetje panisch blijf ik onder aan de buis in het water staan.
Even later schiet Floor, als en wedergeboorte langs me heen en spat me, gillend van het lachen, weer nat.
Jezus, wat groeien die kinderen snel op!!!
Die middag heeft ze zeker 10 km afgelegd, glijdend op haar kont.